Wat is krachtige basiszorg?
In Krachtige basiszorg bieden professionals uit de eerstelijnszorg en het sociaal domein samen geïntegreerde persoonsgerichte zorg dicht bij huis, voor mensen met een stapeling van medische en sociaal-maatschappelijke problemen. Het is een manier van kijken, leren en doen door álle professionals op gebied van zorg, sociaal welzijn en preventie in de wijk. Krachtige basiszorg is in Overvecht ontwikkeld, maar kan overal in Nederland worden toegepast.
Krachtige basiszorg is een vernieuwende, integrale aanpak gestart, gericht op bewoners met hoge gezondheidsrisico’s en problemen in meerdere leefdomeinen. Uitgangspunt is dat zowel medische als sociaalmaatschappelijke aspecten van de leefsituatie van de patiënt/cliënt[1] moeten worden meegenomen in de risicoanalyse en begeleiding van problemen. In de praktijk betekent dat: in alle stadia van de hulpverlening heel goed luisteren en kijken naar iemand, niet alleen naar de concrete vraag maar naar het totaalplaatje dat van invloed kan zijn op de ervaren gezondheid. De regie ligt zo veel mogelijk bij de bewoner zelf. Het doel is om met maatwerk de kwaliteit en doelmatigheid van de zorg voor de meest complexe patiëntengroep te verbeteren en het werkplezier van professionals te vergroten. (quadruple aim)
In de huisartsenpraktijk ligt de focus op het anders inrichten van de zorg, de organisatie en de samenwerking. Dat begint al bij de balie waar de assistentes moeten weten hoe zij mensen met complexe problematiek het beste te woord kunnen staan. Ook moeten assistentes kunnen beoordelen wanneer mensen bij hun vaste (eigen) huisarts ingepland moeten worden of beter bij iemand anders in de praktijk terecht kunnen zoals bijvoorbeeld de praktijkverpleegkundige. De zorgprofessional neemt binnen Krachtige basiszorg waar nodig voldoende tijd om alle leefdomeinen van de patiënt te ontrafelen met behulp van het 4D-model (zie: uitgangspunten voor samenwerking binnen Krachtige basiszorg). Huisartsen en praktijkverpleegkundigen werken als team samen. Voor Krachtige basiszorg is samenwerking in de wijk essentieel. Er is structureel tijd nodig voor overleg tussen huisartsenpraktijk en de sociale wijkteams omdat er bij complexe problematiek vaak gezamenlijk een behandelroute wordt bepaald. De ervaring leert dat dat met name de praktijkondersteuners (POH) een belangrijke verbindende rol kunnen hebben tussen de huisartsenpraktijk en de sociale wijkteams. Om onnodige verwijzingen naar specialistische zorg te voorkomen bestaan er tussen de huisartsen en vaste wijkspecialisten – psychiater en medisch specialistische disciplines van het ziekenhuis – korte en persoonlijke lijnen door werkafspraken over door- en terugverwijzen, het inzetten van consultatiemogelijkheden, zoals het meekijkconsult, en gezamenlijk multidisciplinair overleg. De huisarts kan zo over meer patiënten de regie houden.
[1] Binnen de zorg wordt gesproken over patiënt, terwijl binnen het sociaal domein de term cliënt wordt gehanteerd. Voor de leesbaarheid hanteren we één term, maar overal waar patiënt staat kan ook cliënt worden gelezen.